U bent mijn God,
ik laat mij vallen in uw hand, dragen door uw Woord
en zelfs in wanhoop en verwarring weet ik:
U haalt mij erdoor!
Deze woorden schreef Luut van Kooten in zijn indrukwekkende bijdrage voor het decembernummer van Ons Orgaan 2019, na een moeilijke periode van ziekenhuisopname. Ze staan ook op de rouwkaart. Woorden van hoop in alle verdriet en gemis. Woorden die passen bij Luut en bij zijn vrouw Sonja van Kooten-Tönjes.
Luut had een bijzondere plaats in de Bond met zijn oog voor de inbreng van ‘gewone’ mensen. Dat had hij geleerd in het onderwijs. Hij was leraar geweest op een lagere school in Amsterdam en later docent aan een PABO in Utrecht. Hij wilde graag bijdragen aan de ontwikkeling van kinderen en jonge mensen. Hen leren omgaan met mondigheid. Hij moedigde aan en was vol warme belangstelling voor nieuwsgierige en open mensen.
Luut was volop betrokken bij de VEGn waar hij lid van was en bij de Bond. Dat begon al in Amsterdam waar hij opgroeide. Hij werd in de jaren ’70 lid van de kerkenraad van de Amsterdamse Weteringkerk en schreef een bijdrage voor het jubileumboek Een eeuw Weteringkerk 1878-1978. Daarin viel meteen zijn belangstelling voor de Amsterdamse predikant Jan de Liefde op. In De Liefde herkende hij de volksopvoeder, de evangeliserende dominee, die mensen aan de onderkant hielp om mondig te worden. Zijn waardering voor Jan de Liefde mondde uit in de scriptie Om de vrijheid van een christenmens… De ontwikkeling van de kerkopvatting bij Jan de Liefde (1990) en de Bondsbrochure Jan de Liefde, een verhaal over de vrijheid van een christenmens (2006).
In 1980 -1997 was Luut docent catechetiek aan de Theologische Hogeschool, later Seminarium. Daar deelde hij met studenten zijn pedagogische idealen aan de hand van boeken van Jan Nieuwenhuis en de pedagoog W. ter Horst. In die periode verrichtte hij ook een onderzoek naar het functioneren van het jeugd- en jongerenpastoraat in de Bond. Zijn bevindingen legde hij neer in het rapport De gemeente als speelplaats voor jong en oud (1993). Treffend zijn daarin zijn woorden over geloven: ‘Geloven is dus nooit een onderonsje van mensen, die gericht zijn op hun gelovige ‘binnenwereld’. Het is met huid en haar staan in de wereld, die Gods zorgbreedte is. Leren geloven is daarom niet alleen: leren leven met de Heer. Het is: leren leven met de Heer in de wereld (dr. W. ter Horst). Op de manier, zoals Hij dat heeft bedoeld’. Zo was Luut. Speels en niet zwaarwichtig, maar wel met vrolijke diepgang en blijmoedige oprechtheid.
Als Bond verliezen we in hem een bijzonder en vrij christenmens. Wat zal hij gemist worden in zijn gezin en familiekring, in de VEG Nijverdal en in de wijdere kring van zijn vrienden en bekenden. We denken aan de woorden van J.L. Klink, die hij in zijn laatste bijdrage aanhaalde. Mogen die hen en ons blijven vergezellen:
Je raakt niet verloren
Zelfs niet in het duister van het kwaad.
Hij zal bewaren die je bent, je diepste zelf.
God zal je bewaren in leven en dood,
tot in eeuwigheid, amen. (naar Psalm 121)
Namens het Seminarium van de Bond van Vrije Evangelische Gemeenten,
Leo Mietus